VN-leider 'zeer bezorgd' om Tibet hongerstakers
AFP
VN-leider Ban Ki-Moon sprak op woensdag 13 maart zijn bezorgdheid uit over de gezondheid van drie Tibetanen buiten hoofdkwartier van de Verenigde Naties.
De Tibetanen zijn bezig met een hongerstaking om de crisis in de door China gecontroleerde [Tibetaanse] gebieden onder de aandacht te brengen.
“De secretaris-generaal bevestigt het recht van alle mensen om vreedzaam te protesteren. Hij is echter zeer bezorgd over de gezondheid van de hongerstakers”, zo zei de woordvoerder van Ban, Martin Nesirky bij het ingaan van de vierde week van het protest.
De drie mannen buiten het gebouw van de Verenigde Naties in New York trokken steeds meer aandacht, doordat er in het westen van China protesten oplaaiden van etnische Tibetanen op 10 maart, de herdenkingsdag van de onlusten van 2008. Tijdens de protesten stak een monnik zichzelf in brand en vele studenten gingen de straat op, zeiden mensenrechten groeperingen.
VN-assistent-secretaris-generaal Ivan Simonovic ontmoette op maandag een vertegenwoordiger van het Tibetan Youth Congress in New York, aldus de VN-woordvoerder.
Het congres vertegenwoordigt de demonstranten – genaamd Dorjee Gyalpo, Shingza Rincpohe en Yeshi Tenzing – die in dekens gewikkeld op straat zitten.
Hun protest begon op 22 februari met de eis voor een VN-fact-finding missie in Tibet en om internationale druk op China voor de beëindiging van de wat ze noemen onafgekondigde staat van beleg in Tibet.
“Simonovic zei dat hij de zorgen van de groep over zou brengen aan de betrokken speciale rapporteur en het kantoor van de Hoge Commissaris voor de Mensenrechten in Genève, volgens de vastgestelde procedure en in overeenstemming met de behandeling van mensenrechtenkwesties, zo deelde de VN-woordvoerder mee in een informatiebijeenkomst.
De VN-assistent-secretaris-generaal had op maandag ook een ontmoeting met de plaatsvervangende ambassadeur van China bij de Verenigde Naties en stelde het kantoor van Ki-Moon op de hoogte van de gesprekken. Er werden echter geen bijzonderheden over de vergadering bekend gemaakt.
China is extreem gevoelig voor internationale kritiek over Tibet, waar de afgelopen maanden een toenemend aantal zelfverbrandingsprotesten heeft plaatsgevonden.
Veel Tibetanen in China klagen over religieuze onderdrukking en een geleidelijke verdwijning van hun cultuur, als gevolg van de groeiende instroom van Han-Chinezen in hun leefgebied.
China, dat in 1959 een opstand neersloeg dat door de in ballingschap verkerende Dalai Lama werd geleid, zegt dat de Tibetanen nu dankzij grote overheidsinvesteringen een beter leven leiden dan ooit. De regering in Peking beschuldigt de overzeese organisaties ervan dat zij naar autonomie voor Tibet streven en beschuldigt de Dalai Lama voor de onlusten.