25 September 2017

China's herziene religieuze verordening bedreigt voortbestaan Tibetaans boeddhisme

  • Herziene religieuze verordening van de Chinese overheid consolideert de vergaande bevoegdheden van de Communistische Partij staat over het leven en de overtuigingen van mensen en zijn een verdere bedreiging voor het voortbestaan van Tibetaans boeddhisme in Tibet.
  • De herziene verordening voor religieuze activiteit, uitgegeven door de Chinese ‘Raad van State’ op 7 september 2017, beschouwt vreedzame religieuze uitoefening als een ‘bedreiging’ voor de veiligheid van China en creëert daarmee een gevaarlijke politieke omgeving voor monniken, nonnen en leken-Boeddhisten en isoleert hen verder van hun geloofsgenoten buiten China.
  • Volgens een onlangs herziene bepaling van de verordening – en in een schijnbare poging om religie te gebruiken om de politieke doelen van de Communistische Partij te bereiken – zijn religieuze groepen nu gehouden om de “socialistische kernwaarden” te praktiseren.
  • De Chinese staatsmedia kondigden ook een focus aan op ‘sinificatie’ van de religie: “De koers van religies is om ze te integreren in de Chinese cultuur” (Global Times, 7 september 2017). De boeddhistische gemeenschap is één van de belangrijkste doelen van deze ‘sinificatie’ van religie. Dit komt neer op een verdergaande inspanning om het Tibetaans boeddhisme te vormen en aan te passen aan de dictaten van de Chinese Communistische Partij en is in lijn met een meer diepgewortelde regelgeving, die al de religieuze onderdrukking over het afgelopen decennium heeft verdiept.
Tibetaanse pelgrims

Volgens de Chinese regering moet het Tibetaans boeddhisme ten dienste staan van de “Socialistische kernwaarden” van de Chinese communistische ideologie.

Tsering Jampa, Executive Director van International Campaign for Tibet, zei: “Deze herziene regels consolideren een legalistisch kader van naleving en bestraffing op het gebied van diep gevoelde persoonlijke overtuigingen, evenals de fundamentele waarden van een religieus geloof gebaseerd op de principes van mededogen. Zij vertegenwoordigen een duizelingwekkend bereik van de politieke macht en inbreuk op het leven van mensen door een overheid, dat atheïsme nastreeft. Tibetanen worden geconfronteerd met een zeer reëel gevaar in hun strijd om te hun religie te beschermen en uit te oefenen, die een integraal onderdeel vormt van hun identiteit. Tibetanen zullen de spirit en veerkracht nodig hebben om te blijven vasthouden aan hun leer en overtuiging. Met de focus op het uitroeien van ‘vreemde’ invloeden leidt het geen twijfel dat het de onderliggende doelstelling is om Tibetanen in Tibet te scheiden van het onderricht en aanwezigheid van hun geestelijk leider, de Dalai Lama en hen nog verder te isoleren. Het is absurd voor een boeddhistische volgeling om ‘socialistische kernwaarden’ te beoefenen als onderdeel van zijn overtuigingen. Religie is geen instrument voor het bereiken van politieke doelen.”

De bijgewerkte versie van verordening, die oorspronkelijk in 2005 waren ingevoerd, is restrictiever dan een vorig jaar openbaar gemaakt ontwerp.[1] De nieuwe verordening werd onlang op 7 september 2017 aangekondigd door premier Li Keqiang in afwachting van het belangrijke 19e partijcongres in Peking op 18 oktober[2] De taal van de regelgeving onthult tegenstrijdigheden in het officiële standpunt. Er is sprake van een verlangen om enerzijds de secularisatie in de samenleving te verdiepen door een overheid die het atheïsme bepleit, en tegelijk ook om religie actief te gebruiken voor politieke doeleinden met het boeddhisme als een van de ‘officiëel’ door de CCP aanvaarde religies.

De nieuwe regels zijn in overeenstemming met een verdere aanscherping in regelgeving en het beleidskader ten opzichte van religie in heel China, die Tibetanen godsdienstvrijheid onthoudt, en in het verlengde daarvan de vrijheid van vereniging, vergadering en meningsuiting. Deze maatregelen zijn vastgelegd in ondoorzichtige taal, die de CCP autoriteiten de gelegenheid geeft om overtredingen van een specifieke regelgeving te definiëren al naar gelang de politieke doelstellingen. Nu al is op lokaal niveau in Tibet een reeks van repressieve wetten doorgevoerd, met name in gebieden waar zelfverbrandingen of politieke protesten en verzet hebben plaatsgevonden. Bijvoorbeeld, een ‘rectificatie campagne’ in Driru (Chinees: Biru) in de Tibetaanse Autonome Regio verklaarde dat ‘illegale’ kloosters zouden worden afgebroken en Tibetanen, die foto’s van de Dalai Lama bezaten of traditionele gebed (mani) stenen zouden plaatsen, zwaar zouden worden gestraft.[3]

De herziene regels[4] komen voort uit een Politburo bijeenkomst in april 2016, waarin de Chinese president en partijsecretaris Xi Jinping rode lijnen trokken met betrekking tot religie en de noodzaak van de overheid aan gaven om te beschermen tegen buitenlandse invloeden en “religieus extremisme” en ook om de godsdienst aan te passen aan ‘het socialisme met Chinese kenmerken’.[5]

Gelijkstellen religie en extremisme

Bij het publiceren van de nieuwe regels verklaarden China’s officiële media, dat zij het gebruik van religie ”als instrument om de nationale veiligheid, de openbare orde of het Chinese onderwijssysteem te saboteren of de etnische eenheid te beschadigen of terroristische activiteiten uit te voeren” verbieden (China Daily, 8 september 2017).[6] De noodzaak om “religieus extremisme te beteugelen” werd ook tijdens een vergadering op 11 september benadrukt door een politieke top adviseur, voorzitter van het Chinese People’s Political Consultative Conference National Committee, Yu Zhengsheng.[7]

Door middel van deze regels hebben de Chinese autoriteiten de reikwijdte van hun controle verbreed en leggen zij een verband tussen enerzijds de overtuigingen van mensen en hun religieuze activiteiten en terreurbestrijding anderzijds. Dit geheel vindt plaats in het kader van de recente systematische ontwikkeling van een veiligheidsarchitectuur in de Volksrepubliek China. De Antiterreurwet van 2016, de Veiligheidswet en de NGO-wet (van kracht sinds januari 2017) van 2015, en de Cyber Security Wet (van kracht sinds mei 2017) behoren tot de reeks van nieuwe en vergaande maatregelen met verstrekkende controle over het leven van mensen.

In het gelijkstellen van ‘terrorisme’ met een niet-gedefinieerd aan religie gelinkt ‘extremisme’ geeft de Antiterreurwet van de Volksrepubliek China ruimte aan strafbaarstelling van bijna elke vreedzame uiting van Tibetaanse identiteit, niet-gewelddadige afwijkende meningen, of kritiek op het etnische of religieuze beleid, in een politiek klimaat, waarin de verbannen Dalai Lama wordt beschuldigd van het aanzetten tot terrorisme door zelfverbrandingen, en zelfs tot terreur door zijn onderricht.[8]

Net als in de nieuwe religieuze verordening is de terminologie van de Antiterreurwet van 2016 zowel breed als vaag en introduceert het verdere buitengerechtelijke maatregelen, die de straffeloosheid van de Chinese partij staat uitbreiden en bevoegdheden van lokale politie en ambtenaren om beperkende maatregelen op te leggen en geweld te gebruiken tegen individuen vergroten.

Hoewel de verwijzingen naar het verband tussen terrorisme en ‘separatisme’ uit de ontwerp Antiterreurwet werden verwijderd, blijft dit een belangrijk element in het officiële discours over beveiliging in Tibet. De intensievere militarisering, het wettelijke kader en het veronderstelde verband tussen religieus ‘extremisme’ en ‘separatisme’ hebben gevolgen voor de politietraining in boeddhistische kloosters, de karakterisering van religieuze leer van de Dalai Lama, als aanzetten tot ‘extremistische actie’, en de implicatie dat Tibetaanse zelfverbrandingen kunnen worden gekarakteriseerd als ‘terrorisme’. Dit ondanks het feit dat zelfverbrandingen anderen niet schaden, het gebrek aan een terreurdreiging in Tibet, en consequente nadruk van de Dalai Lama op geweldloosheid.

‘Socialistische kernwaarden’ en religie

In de definitieve versie van de verordening is een toevoeging gemaakt bij artikel 4 van het ontwerp met een verwijzing naar de “socialistische kernwaarden”. Artikel 4 luidt hiermee als volgt[9]:

Artikel 4: De staat, in overeenstemming met de wet, beschermt normale religieuze activiteiten, begeleidt religie actief om zich in te passen in de socialistische maatschappij, en beschermt de wettige rechten en belangen van religieuze groepen, religieuze scholen, religieuze plaatsen en religieuze burgers.

Religieuze groepen, religieuze scholen, religieuze plaatsen, en religieuze burgers houden zich aan de grondwet, wetten, voorschriften en regels; beoefenen de socialistische kernwaarden; en behouden de eenheid van het land, etnische eenheid, religieuze harmonie en sociale stabiliteit.

Religie mag door een individu of organisatie niet worden gebruikt om deel te nemen aan activiteiten, die de nationale veiligheid in gevaar brengen, de openbare orde verstoren, afbreuk doen aan de gezondheid van de burgers of het onderwijssysteem belemmeren, evenals andere activiteiten, die staat of maatschappelijke openbare belangen schaden, of de ‘wettige rechten en belangen’ van burgers.

Individuen en organisaties moeten niet tegenstellingen en conflicten creëren tussen verschillende religies, binnen een enkele religie of tussen religieuze en niet-religieuze burgers; mogen geen religieus extremisme bepleiten, ondersteunen, of financieren; en mogen religie niet gebruiken om etnische eenheid te ondermijnen, de natie te verdelen of terroristische activiteiten uit te voeren.”

Xi Jinping heeft geprobeerd de ‘socialistische kernwaarden’ – voor het eerst verspreid op het 18e partijcongres in 2012 – te promoten voor massaconsumptie, ook in schoolboeken, media uitingen en zelfs openbare zang en dans activiteiten.[10]

De bevordering van deze waarden, waaronder “vrijheid”, “de rechtsstaat”, “gelijkheid”, “patriottisme” en “toewijding,” op nationaal niveau, zijn gericht op het projecteren van het beeld van de partij, die de Chinese samenleving leidt in de richting van een positieve sociale transformatie en “harmonie.” Internationaal probeert dit soort taal zich de westerse retoriek toe te eigenen door het gebruik van termen, zoals democratie, de rechtsstaat, en rechtvaardigheid, zonder te verwijzen naar internationale normen inzake mensenrechten, of deze zelfs maar te erkennen.

Bovendien onderstreept de toevoeging “socialistische kernwaarden” in de bijgewerkte religieuze verordening de inspanningen van de CCP om tot een retoriek van waarden te komen, die zowel de interne, als ook de buitenlandse beleidsagenda van de partij ondersteunt. “Socialistische kernwaarden” zijn blijkbaar om de integratie van de Chinese maatschappij te dienen, legitimiteit te projecteren voor de heerschappij van de CCP’s, alsmede aan de volledige controle over elk aspect van de samenleving. Het concept, op een schijnbaar paradoxale wijze, wordt gebruikt om de staatsinterventie te rechtvaardigen, zoals bijvoorbeeld bij de onlangs aangescherpte censuur regels.[11] Blijkbaar verschilt het begrip bij Xi Jinping en de partij over “vrijheid” en de “rechtsstaat” fundamenteel van de internationale normen inzake mensenrechten.

“Two waarborgen – Twee verduidelijkingen – Twee normen”

De basis van de nieuwe regels waren een set van partij slogans – de “twee waarborgen”, “twee verduidelijkingen” en “twee normen”, aldus in de Legal Daily op 7 september (2017) aangehaalde woordvoerder van het Bureau Wetgevende Zaken van de Raad van State.

Volgens een vertaling van het artikel uit het Chinees verwijzen de “twee waarborgen” naar de bescherming van de religieuze vrijheid van de burger en de legitieme rechten en belangen van de religieuze gemeenschap, en de bescherming van de “nationale veiligheid en sociale harmonie”. De “twee verduidelijkingen” leggen de wettelijke verplichtingen van religieuze locaties en religieuze eigendomsrechten vast, en richt zich op het terugdringen van de tendensen van religieuze vercommercialisering. De “twee normen” verwijst naar de regulering van financieel beheer van religieuze kringen en de regulering van religieuze informatie diensten op het internet, waarmee het niveau van inmenging door de autoriteiten wordt vergroot.

In de aanloop naar het 19e partijcongres op 18 oktober hebben de Chinese autoriteiten de restricties op alle online activiteiten aangescherpt, niet alleen wat betreft religie. Zij hebben de verwijdering van Virtual Private Networks (VPN’s) applicaties van internetwinkels afgedwongen, social media platforms onderzocht, waarvan de inspanningen om ongewenste reacties te censureren te kort schoot,[12] en een nieuwe set regels gepubliceerd voor het beheer van ‘Internet groepsinformatie’, die op 8 oktober in werking zullen treden.[13] Deze regels vergroten de gevaren voor Tibetanen, die frequente gebruikers zijn van platforms zoals WeChat. Degenen die zich niet aan de verordeningen houden, lopen het risico op straf.

In de nieuwe regels zijn donaties van buitenlandse groepen of individuen aan religieuze groeperingen verboden, terwijl de organisatoren van niet goedgekeurde evenementen nu boetes kunnen krijgen van 100.000 tot 300.000 yuan, een stijging ten opzichte van de in de ontwerp-verordeningen gespecificeerde bedragen.

Tegelijk met het ondermijnen van de religieuze praktijk en onderricht en de intensivering van de ingrijpende veiligheidsmaatregelen, gebruiken de Chinese autoriteiten de verhoogde belangstelling onder de Chinese bevolking voor het Tibetaans boeddhisme om binnenlandse toeristen aan te trekken, hetgeen aanleiding vormt voor de vrees voor verdere uitholling van de authentieke religieuze activiteiten en onderricht in kloosters en religieuze instituten.

Artikel 34 van de hernieuwde verordening verwijst naar dit verband wanneer het stelt: “Indien er religieuze locaties in natuurgebieden zijn, zullen de regeringen van de lokale bevolking op het provinciaal niveau of hoger dit coördineren en de belangen en relaties tussen deze religieuze activiteiten en natuurorganisaties behartigen op gebieden als tuinen, bosbouw, culturele relikwieën, toerisme, enzovoort, om de wettige rechten en belangen van religieuze locaties, religieuze professionals, en religieuze burgers te waarborgen en om de normale religieuze activiteiten te beschermen. De planning en de aanleg van natuurgebieden met religieuze locaties als de primaire toeristische attractie, zullen worden gecoördineerd in de stijl en sfeer van de religieuze locatie.”

International Campaign for Tibet heeft de grote bouwprojecten gedocumenteerd in de uitgestrekte vallei aan de voet van het Tibetaanse boeddhistische studiecentrum Larung Gar in Sichuan voor een nieuw toeristisch dorp en andere ontwikkelingswerkzaamheden. Dit geeft aan dat het toerisme nu als instrument door de Chinese autoriteiten wordt gebruikt om revivalist trends van de Tibetaanse religieuze en culturele expressie het hoofd te bieden en de monastieke groei aan banden te leggen.[14]

De sinificatie van het boeddhisme

De officiële krant de Global Times meldde op 7 september 2017, dat tijdens een bijeenkomst in Beijing: “Leiders van vijf religieuze gemeenschappen – het boeddhisme, het taoïsme, de islam, het katholicisme en het christendom – consensus bereikten over dat ‘de richting van religies is om ze te integreren met de Chinese cultuur’.”

De door de Global Times geschetste ‘sinificatie’ van de religie in combinatie met de invoering van de hernieuwde religieuze verordening in lijn lijkt met de intensivering van de officiële inspanningen om de persoonlijke aanvallen op de Dalai Lama gedurende het afgelopen jaar op te nemen als onderdeel van het door de United front Work Department-geleide proces om het Tibetaans boeddhisme opnieuw te kaderen in overeenstemming met de CCP doctrines.

Het United Front Work Department overziet de uitvoering van het beleid van de Partij ten opzichte van hen, die beschouwd worden als China’s etnische en religieuze groeperingen, intellectuelen, ondernemers en non-Communistische Partij organisaties. Een van de kernprioriteiten is om een harde lijn positie ten opzichte van Tibet te behouden met als belangrijkste missie de ‘strijd’ tegen de Dalai Lama. In 2015 kondigden de Chinese staatsmedia de oprichting van een kopgroep in het United Front Work aan, hetgeen wijst op een upgrading van de afdeling en een versterking van de controle.[15]

Het United Front heeft een belangrijke rol gespeeld in het promoten van Gyaltsen Norbu, de door China benoemde Panchen Lama, die geïnstalleerd is als onderdeel van een lange termijn strategie van de overheid om het Tibetaanse boeddhisme te controleren en loyaliteit aan de Dalai Lama te elimineren. Vorig jaar voerde de ‘Chinese Panchen,’ zoals hij bekend staat onder de Tibetanen, zelfs een grote religieuze onderricht uit in Shigatse – de eerste keer in meer dan een halve eeuw dat een Kalachakra initiatie in de Tibetaanse Autonome Regio (TAR) werd gehouden.[16] Talrijke Chinese staatsmedia artikelen meldde de aanwezigheid van meer dan 100.000 mensen per dag bij de door de Chinese Panchen Lama uitgevoerde ceremonies in Shigatse. Dit onderstreept het politieke voornemen om de Kalachakra te presenteren als een demonstratie aan de buitenwereld, dat het Tibetanen is toegestaan om hun godsdienst uit te oefenen.

Politiek adviseur Yu Zhengsheng benadrukte op hetzelfde moment bij het uitvaardigen van de verordening in de staatsmedia, dat de nieuwe regels inhouden dat: “Patriottische religieuze figuren moeten worden gestimuleerd om hun vaardigheden te verbeteren om extremistische ideologie en buitenlandse infiltratie te remmen.”[17]

Terwijl Gyaltsen Norbu wordt gedwongen om te voldoen aan de rol van de ‘officiële’ Panchen Lama als boegbeeld van trouw aan de CCP, maakte hij tijdens een verklaring in maart 2015 een ongewone opmerking en sprak zijn bezorgdheid uit over pogingen om het Tibetaanse boeddhisme verder ‘sinificeren’. In een reactie, die leek af te wijken van het officiële standpunt, gaf hij aan dat als gevolg van het tekort aan monniken in Tibet en “te laag gestelde [monastieke] quota” er “het gevaar is dat het boeddhisme slechts in naam voortbestaat.”[18]

Toezicht op gereïncarneerde lamas: de ‘giftige vruchten’ van China’s religieuze beleid

Ten opzichte van de vorige versie laat de hernieuwde verordening een stijging te zien voor wat betreft boetes voor natuurlijke personen, die “religieuze professionals nabootsen om illegale handelingen uit te voeren, zoals het uitvoeren van professioneel religieuze activiteiten of het financiële oplichting.” (artikel 74).

Dit houdt verband met een controverse in Tibet over nep ‘Levende boeddha’s’, met name nu veel Chinezen in de Volksrepubliek China volgelingen van het Tibetaans boeddhisme zijn geworden. Net zoals er steeds meer oprechte Chinese Boeddhistische beoefenaars zijn, die echte Tibetaanse lama’s volgen, zijn er ook meer nep ‘Levende boeddha’s’, die proberen om volgelingen te exploiteren. In december 2015 bood een zelfbenoemde ‘levende boeddha’ in Hong Kong – wiens gefilmde wijding van een Chinese acteur Zhang Tielin viraal ging – zijn verontschuldiging aan en nam ontslag van al zijn functies, nadat een Tibetaans klooster hem weigerde te certificeren. De Dalai Lama heeft herhaaldelijk zijn bezorgdheid geuit over het aantal valse lama’s en de risico’s van exploitatie van hun volgelingen.

In een Chinees televisie-optreden vermeed de hoge ambtenaar Zhu Weiqun (die tijdens zijn periode als president van het United Front Tibetaanse aangelegenheden overzag) het om op dit specifieke geval van een valse ‘Living Buddha’ kritiek te geven en zei in plaats daarvan dat aantal nep lama een bedreiging vormde voor de nationale veiligheid, aangezien ze het verzamelde geld gebruiken om illegale of ‘separatistische’ activiteiten in Tibet te sponsoren.

Hierop volgde een online discussie, nadat Jamphel Gyatso, een gerespecteerde seniore geleerde, die als eerste van de oudere generatie van Tibetanen in de jaren 1950 met de communistische autoriteiten samenwerkte, een vernietigende openbare kritiek op Zhu publiceerde. Jamphel Gyatso stelde dat in plaats van op te treden tegen de nep ‘levende boeddha’ in Hong Kong, hij ‘Tibetaanse landgenoten en Tibetaanse lama’s’ had ‘belasterd, valselijk beschuldigd en aangevallen’.[19] Jamphel Gyatso verwees naar de aanpak van de partij van gereïncarneerde lama’s in Tibet als de ‘giftige vruchten’ van het door de Chinese leiders over de afgelopen 50 jaar ontwikkelde beleid. Hij verwees hierbij in het bijzonder naar Ye Xiaowen, het voormalige hoofd van de ‘State Administration for Religious Affairs’.[20]

Artikel 36 in de nieuwe regelgeving verwijst naar de opvolging van ‘Levende Boeddha’s’ en benadrukt, dat ze “ter goedkeuring aan de afdeling religieuze aangelegenheden van de Volksregeringen op provinciaal niveau of hoger” moeten worden voorgelegd.

Dit artikel in de verordening volgt op de publicatie vorig jaar van een door de Communistische Partij goedgekeurde online database van Tibetaanse boeddhistische reïncarnaties. Dit is in lijn met maatregelen uit 2007, die inzicht geven in de agenda van de partij om de Tibetaanse religieuze hiërarchie te ondermijnen en verdringen en het gezag van de legitieme Tibetaanse religieuze leiders, waaronder de Dalai Lama, te verzwakken.[21]

Samenvallend met de invoering van de nieuwe verordening kondigden de Chinese media ook de 30ste verjaardag van het ‘Tibetaans Boeddhistische College’ in China aan, het bewijs voor de langdurige inspanningen van de CCP om het Tibetaanse boeddhisme te beheersen, te controleren en te incorporeren.[22] Het College werd oorspronkelijk opgericht in 1987, op voorstel van de 10de Panchen Lama, die over het religieuze beleid van de partij een verpletterende kritiek had geschreven, die bekend staat als de jaren ‘70,000-karakter petitie’.[23] Hoewel het de intentie van de 10de Panchen Lama was om het authentieke Tibetaanse boeddhisme in stand te houden en te ontwikkelen, staat de school nu onder strenge communistische partij toezicht. Tegelijkertijd wordt het gebruikt als een showcase voor de religie en om kunnen laten zien, dat religieuze beoefening alleen kan plaatsvinden met goedkeuring van de partij staat. Volgens Tibetaanse bronnen hebben in de afgelopen jaren een aantal Tibetaanse monniken en lama’s, die de school bezochten, hun monnikskleed afgelegd.

Aanbevelingen

De Volksrepubliek China heeft het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten ondertekend, maar niet geratificeerd. Toch heeft het land een aantal mensenrechten gerelateerde verdragen, zoals het Verdrag tegen Marteling en het Verdrag van de Rechten van het Kind geratificeerd. Deze laatste legt het recht op vrijheid van godsdienst vast. De Chinese regering werd in 2016 herkozen in de Mensenrechtenraad van de Verenigde Naties, die volgens de resolutie 60/251 van de Algemene Vergadering moet bestaan uit leden die “de hoogste normen bij de bevordering en bescherming van de mensenrechten uitdragen, volledig zullen meewerken met de Raad, en gedurende de termijn van hun lidmaatschap in het kader van de universele periodieke evaluatie mechanisme zullen worden beoordeeld.

International Campaign for Tibet doet, onder verwijzening naar de internationale normen voor de mensenrechten, de volgende aanbevelingen

Aan de Chinese overheid:

Ratificeer het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten (IVBPR); zorg voor een concreet tijdpad voor het ratificatieproces;

Herzie de huidige verordening voor religieuze zaken conform de internationale normen inzake mensenrechten, in het bijzonder met de beginselen vastgelegd in artikel 18 van het IVBPR.

Pas commentaren en resoluties van volkenrechtelijke mensenrechtenorganisaties of de Verenigde Naties Algemene Vergadering met betrekking tot artikel 18 van ICCPR toe, met name:

afzien van de aanwijzing of goedkeuring van de geestelijke personeel, in overeenstemming met de Verklaring van de Algemene Vergadering uit 1981 en het Comité voor de Rechten van de Mens, algemene opmerking 22, par. 4;

zich te onthouden van het gebruik van brede en vage taal zoals “staatsveiligheid”, “religieus extremisme” en “terrorisme” als voorwendsel voor snelle interventies in het geval van religieuze activiteiten, groepen, beoefenaars of religieuze professionals, in overeenstemming met de Mensenrechtencommissie, Algemeen Commentaar 22, para . 8, ICCPR, artikel 18, lid 3, CRC, artikel 14, par. 3, Commissie voor de Mensenrechten resolutie 2005/40, par. 12, en Mensenrechten resolutie 6/37 van de Raad, par. 14;

Zie af van censuur op publicaties of via het internet verspreide boeddhistische literatuur of verwante informatie, in overeenstemming met de Verklaring van de Algemene Vergadering van 1981, Resolutie 2005/40 (paragraaf 4d) van de Commissie voor de Rechten van de Mensen, de Resolutie 6/37 (paragraaf 9 g) Mensenrechtenraad, en algemeen commentaar 22, para. 4 van het Mensenrechten Committee;

Zich te onthouden van de goedkeuring, het toezicht en het beheer van religieuze aangelegenheden, in overeenstemming met artikel 18 van het IVBPR;

Zich te onthouden van het slopen van Tibetaanse boeddhistische locaties, in overeenstemming met Artikel 6 van de Verklaring van de Algemene Vergadering uit 1981, en Artikel 9 van Resolutie 6/37 van de Mensenrechtenraad;

Zich te onthouden van bestraffing van Tibetaans boeddhistische pelgrimstocht in het buitenland, in overeenstemming met artikel 12 van het IVBPR;

Op regelmatige basis de dialoog aangaan met Tibetaanse boeddhistische leiders, wanneer staatstoezicht gerechtvaardigd is, overeenkomstig internationale beginselen van de mensenrechten, om conflicten in der minne op te lossen met inachtneming van de beginselen van de vrijheid van godsdienst en levensovertuiging;

Aan de internationale gemeenschap:

Dring er bij de Chinese regering op aan om het IVBPR te bekrachtigen en te komen met een concreet tijdschema voor ratificatie;

Dring er bij de Chinese regering op aan om de sloop van het Tibetaans boeddhistische religieuze instellingen, zoals Larung Gar, te stoppen;

Dring er bij de Chinese regering op aan om de verordening voor religieuze zaken volledig te herzien en deze in overeenstemming te brengen met artikel 18 van het IVBPR en de internationale mensenrechtennormen.

Dring er bij de Chinese regering op aan om af te zien van het gebruik van brede en vage bewoordingen, zoals “nationale veiligheid”, “terrorisme” of “religieus extremisme” als een voorwendsel voor brede interventies in het Tibetaans boeddhistische leven.

Gebruik de internationale fora, zoals de Mensenrechtenraad van de Verenigde Naties, om openbaar de beperkingen in vrijheid van godsdienst met betrekking tot religieuze groepen in de Volksrepubliek China aan te kaarten;

Gebruik bilaterale dialoog met de Volksrepubliek China de beperkingen van de vrijheid van godsdienst in de Volksrepubliek China aan te kaarten;

Zoek nauw overleg met de Tibetaanse boeddhistische leiders in ballingschap over de status van de godsdienstvrijheid in Tibet.

Voetnoten:

[1] Voor een gedetailleerde analyse van de ontwerp-tekst en de context, zie International Campaign for Tibet, 25 oktober 2016: “Verstikkende godsdienstvrijheid in Tibet – nieuw ontwerp China’s verordening over religieuze zaken”; www.savetibet.org/suffocating-religious-freedom-in-tibet-chinas-draft-regulations-on-religious-affairs/#33; De conceptversie werd vertaald door ChinaLawTranslate, en gepost op 8 september 2016: www.chinalawtranslate.com/religious-regulations/?lang=en Voor een gedetailleerde vergelijking van de verschillen met de versie 2005, zie Thomas DuBois, ongedateerd, “China’s Religie Law: 2005 versus 2016”, www.academia.edu/28414977/Chinas_Religion_Law_2005_vs._2016
[2] De bijgewerkte versie is vertaald door ChinaLawTranslate op: www.chinalawtranslate.com/??????/?lang=en
[3] International Campaign for Tibet, 20 november 2014: “Harde nieuwe rectificatie campagne in Driru”, www.savetibet.org/harsh-new-rectification-drive-in-driru-nuns-expelled-and-warning-of-destruction-of-monasteries-and-mani-walls/
[4] Raad van State van de Volksrepubliek, 7 september 2017: “??????”, www.gov.cn/zhengce/content/2017-09/07/content_5223282.htm
[5] De tweedaagse conferentie van de overheid over religie in april 2016 werd voorgezeten door de Chinese premier Li Keqiang en bijgewoond door andere top-leiders, waaronder Zhang Dejiang, Yu Zhengsheng, Liu Yunshan, en Wang Qishan. Xi Jinping zei dat religieuze groepen “zich moeten houden aan de leiding van de CPC, en het socialistische systeem en het socialisme met Chinese kenmerken ondersteunen”. Hij zei ook: “We moeten ons resoluut beschermen tegen buitenlandse infiltraties via religieuze middelen en ideologische inbreuk door extremisten voorkomen”, ook gericht op het internet, zowel als kans om de staatspropaganda te verspreiden, evenals de dreiging van ‘ondermijning’. Xinhua, 23 april 2016: “China Focus: Xi roept op tot beter religieus werk”, news.xinhuanet.com/english/2016-04/23/c_135306131.htm
[6] China Daily, 8 september 2017: “Raad van State wijzigt regels voor religie”, www.chinadaily.com.cn/china/2017-09/08/content_31717459.htm;
[7] Xinhua, 11 september 2017: “top politiek adviseur van China benadrukt religieuze zaken handhaven van de rechtsstaat”, news.xinhuanet.com/english/2017-09/11/c_136601132.htm;
[8] International Campaign for Tibet, 7 januari 2016: “China’s eerste Antiterreurwet en de gevolgen daarvan voor Tibet”, www.savetibet.org/chinas-first-counter-terror-law-and-its-implications-for-tibet/
[9] Zie ChinaLawTranslate, www.chinalawtranslate.com/??????-2017/?lang=en
[10] Een artikel van Global Times haalde een leraar in de provincie Hebei aan met te zeggen: “Studenten moeten het socialistische kernwaarden leerboek elke dag voor de eerste ochtend klas drie minuten lang lezen. Het is iets wat we jarenlang hebben gedaan, maar ideologische onderwijs is toegenomen in de afgelopen jaren.“ Global Times, 15 september 2017: ‘China zet schouders achter kennis socialistische kernwaarden op basis-, middelbare scholen’, www.globaltimes.cn/content/1066496.shtml
[11] Reuters, 3 juni 2017: “Chinese uitzending regulator scherpt controle over de inhoud aan, bevordert socialistische kernwaarden”, www.reuters.com/article/us-china-regulator-broadcast/chinas-broadcast-regulator-tightening-control-of-content-promotes-core-socialist-values-idUSKBN18U08D
[12] Sarah Cook, Washington Post, 14 september 2017, ‘China’s gedachte politie geven een masterclass in Chinese censuur’: www.washingtonpost.com/news/democracy-post/wp/2017/09/14/chinas-thought-police-are-giving-a-master-class-in-censorship/?utm_term=.6003b83f459f
[13] Website van de Cyberspace Administration of China www.cac.gov.cn /2017-09/07/c_1121623889.htm
[14] International Campaign for Tibet, 13 maart 2017: “Schaduw van Stof om de Zon: Hoe Toerisme wordt gebruikt om Tibetaanse culturele veerkracht tegen te gaan”, www.savetibet.org/shadow-of-dust-across-the-sun-how-tourism-is-used-to-counter-tibetan-cultural-resilience/
[15] China richt centrale kopgroep om steun news.xinhuanet.com/english/2015-07/30/c_134464393.htm
[16] International Campaign for Tibet, 29 juli 2016: “Kalachakra met Chinese charateristics – Chinese benoemd Panchen Lama geeft onderwijs terwijl autoriteiten de vrijheid van godsdienst onderdrukken”, www.savetibet.org/kalachakra-with-chinese-characteristics-chinese-appointed-panchen-lama-gives-teaching-as-authorities-suppress-religious-freedom/
[17] Xinhua, 11 september 2017: “Top politiek adviseur van China benadrukt religieuze zaken respecteren de rechtsstaat”, news.xinhuanet.com/english/2017-09/11/c_136601132.htm
[18] International Campaign for Tibet, 17 april 2015: “Het gevaar dat het boeddhisme slechts in naam bestaat”, weblog.savetibet.org/2015/04/the-danger-of-buddhism-existing-in-name-only-translation-of-a-speech-by-gyaltsen-norbu-the-chinese-panchen/
[19] International Campaign for Tibet, December 22, 2015: “Communistische Partij official bekend om virulente aanvallen op Dalai Lama krijgt ongekende kritiek”, www.savetibet.org/communist-party-official-known-for-virulent-attacks-on-dalai-lama-comes-under-unprecedented-criticism/
[20] International Campaign for Tibet, 2 mei 2016: “De giftige vrucht van de religieuze beleid van Tibet nu China levende Boeddha-database publiceert”, www.savetibet.org/the-poisonous-fruit-of-tibets-religious-policy-as-china-publishes-living-buddha-database/
[21] International Campaign for Tibet, 15 augustus 2007: “Nieuwe maatregelen op reïncarnatie onthullen doelstellingen van politieke controle Partij”, www.savetibet.org/new-measures-on-reincarnation-reveal-partys-objectives-of-political-control/
[22] China Tibet Online, 13 september 2017: eng.tibet.cn/news/th/1505263328386.shtml
[23] De 10de Panchen Lama, die in 1989 overleed, was een uitgesproken voorstander van het behoud van de Tibet’s unieke culturele erfgoed, religie en taal. Zijn 70.000 Karakter Petitie,”blijft de meest uitgebreide interne kritiek op het Chinese beleid Communistische Partij ten opzichte van Tibet en andere ‘minderheden’ ooit aan de Chinese leiders voorgelegd. ‘Een giftige pijl: Het geheime rapport van de 10de Panchen Lama’, uitgegeven door het nu gesloten Tibet Information Network, London, 1997. Mao Zedong reageerde door het rapport te veroordelen als “een giftige pijl afgeschoten op de partij” en de auteur als een “reactionaire feodale leenheer”. Twee jaar later, werd de 10th Panchen Lama zonder rechtszaak veroordeeld al een vijand van het volk en spendeerde 14 jaar in gevangenis of onder huisarrest voor zijn dood in 1989. Toen de petitie in 1962 naar Mao Zedong werd gestuurd, was de Panchen Lama de meest seniore religieuze leider in Tibet en in naam hoofd van de Tibetaanse regering. Voorafgaand aan de publicatie van zijn petitie was de 10e Panchen Lama vaak afgebeeld als een Chinese marionet, die liever samenwerkte met de Chinese autoriteiten dan in ballingschap ging. Dit “patriottische” beeld werd aangemoedigd door zowel Beijing als de regering in Lhasa. Hij wordt nu gezien als iemand die het beste gedaan heeft om in moeilijke omstandigheden de belangen van Tibetanen te beschermen.

Share this

Het laatste nieuws

15 May 2019

Voor de Nederlandse regering bestaat Tibet niet meer. China Notitie rept met geen woord over Tibet.

Lees meer
4 May 2019

Tibet Actie Team in actie voor Tashi Wangchuk op Bevrijdingsfestival

Lees meer