Tibet rechtszaken: update na baanbrekende uitspraak van de Spaanse rechter
Toonaangevende advocaten en autoriteiten op het gebied van het internationaal recht hebben China’s reactie op de recente uitspraken van de Spaanse strafrechter tegen China’s voormalige partij baas Hu Jintao en vijf andere Chinese leiders becommentarieert. De advocaten en professoren wisselden van gedachten tijdens een conferentie aan de Universiteit van Valencia, Spanje na de uitvaardiging op 18 november van de arrestatiebevelen tegen vijf Chinese leiders, onder wie de voormalige president en partijsecretaris Jiang Zemin, voor hun beleid in Tibet. Dit volgde op het nieuws op 9 oktober van Hu Jintao’s tenlastelegging van genocide in Tibet. Het Confucianistische Instituut van de Universiteit van Valencia probeerde de academische autoriteiten onder druk te zetten door op dezelfde dagen als de conferentie een tweedaags evenement te hosten voor bevordering van de officiële door de Chinese regering gesanctioneerde Chinese cultuur, terwijl het visum van één van de Tibetaanse getuigen, die tijdens de conferentie zou spreken, door de Spaanse ambassade in India geweigerd werd.
Cartoon, Taipei Times
Het rapport schetst de nieuwe ontwikkelingen in de opzienbarende Tibet rechtszaken in Spanje (ICT rapport, Spaanse strafrechter vaardigt arrestatiebevelen uit tegen de Chinese leiders na aanklacht tegen Hu Jintao voor Tibet beleid):
- Een van de belangrijkste Tibetaanse getuigen in de zaak, de monnik Palden Gyatso, die 33 jaar in de gevangenis en werkkampen zat, werd door de Spaanse ambassade in India een visum geweigerd om naar de conferentie op 29 november in Valencia over universele jurisdictie te reizen, hoewel hij eerder naar Spanje heeft gereisd. De reden voor de weigering van zijn visum was niet duidelijk, maar wordt aangevochten door de gastheren van de Universiteit van Valencia en het juridische team achter de rechtszaken.
- Het Confucianistische Instituut van de Universiteit van Valencia hostte een officiële tentoonstelling ter bevordering van de Chinese cultuur op dezelfde twee dagen als de conferentie over de Tibet rechtszaken. Ter verdediging van de noodzaak om de misdaden tegen de menselijkheid in Tibet door rechtszaken bloot te leggen, schreef de toonaangevende Spaanse professor Javier de Lucas in de Spaanse krant El País, dat dit precies de gevaren aangeeft van een door een academische instelling gehost propagandamiddel van de Chinese regering (El País, Dos China en Valencia)
- Het Spaanse juridische team heeft 48 vragen ingediend aan voormalig partijsecretaris en president Hu Jintao over zijn beleid in Tibet, welke door de rechtbank aan hem te worden toegezonden.
- De Chinese overheidsfunctionaris, Zhu Weiqun, noemde de arresten door de Spaanse rechters als kwaadwillige vervolging. die waarschijnlijk was uitgestippeld door de Dalai-kliek. Prof. Dr. Manuel Olle Sese, een specialist in strafrecht en advocaat in de universele jurisdictie gevallen voor Tibet, Argentinië en Guatemala, zei: Een andere reactie zou verrassend zijn geweest. We moeten China herinneren aan twee dingen: In de eerste plaats, dat lang geleden de internationale gemeenschap heeft afgesproken om vast te stellen dat vervolging van deze misdaden een verplichting van alle lidstaten was en dat deze niet ongestraft kunnen blijven. Ten tweede is het niet een rechtszaak van Spanje tegen China, maar een juridische procedure van een rechtbank tegen bepaalde Chinese verdachten, die beschuldigd worden van de ernstigste internationale misdrijven.
- Uittreksels uit de rechtbank exploten, welke de arrestatiebevelen en de aanklacht tegen Hu Jintao uitvaardigen, zijn hieronder uit het Spaans vertaald weergegeven.
Dr. Jose Elías Esteve Molto, de belangrijkste onderzoeksadvocaat en schrijver van beide rechtszaken, vertelde ICT: We hopen dat de aanklacht tegen Hu Jintao en de arrestatiebevelen van de andere vijf verdachten zal dienen om de internationale gemeenschap te helpen om de rode lijnen te onderscheiden, die nooit overschreden hadden mogen worden in de internationale politiek met betrekking tot Tibet en China. Boven medeplichtigheid via economische en geopolitieke belangen, zullen er altijd de waarheid, rechtvaardigheid en mensenrechten zijn. We gaan er van uit dat deze strijd tegen straffeloosheid ten goede zal komen aan het Tibetaanse volk en alle Chinese burgers, die vervolgd worden door een regering, die zij niet gekozen hebben.
De arrestatiebevelen werden als volgt uitgevaardigd tegen vijf hooggeplaatste Chinese leiders voor hun betrokkenheid bij het ??beleid in Tibet: Jiang Zemin, voormalig voorzitter en de secretaris van de Partij; Li Peng, minister-president tijdens de repressie in Tibet aan het einde van de jaren tachtig en begin 1990 (en de repressie op het Tiananmen); Qiao Shi, voormalig hoofd van de Chinese veiligheidsdiensten en verantwoordelijk voor de gewapende volkspolitie tijdens periode van de staat van beleg in Tibet aan het einde van de jaren tachtig vorige eeuw, Chen Kuiyuan, partij secretaris in de Autonome Regio Tibet van 1992 tot 2001 (die bekend stond om zijn harde lijn tegen de Tibetaanse religie en cultuur); en Deng Delyun (ook bekend als Peng Pelyun), minister van gezinsplanning in de jaren negentig.
Het op 18 november 2013 in Madrid uitgevaardigde rechterlijke bevel stelt: Na bestudering van de procedure bestaande uit de door de onderzoeksrechter ingestuurde getuigenverklaring, stelt deze rechtbank vast dat tijdens de procedure van de eerste rechtszaak vanaf het moment dat de rechtszaak in 2006 werd aanvaard een reeks onderzoeken zijn uitgevoerd in het kader van de onderhavige procedure, in getuigenverklaringen, ingediende en gerefereerde documenten, en bovengenoemde deskundigenrapport [een ICT-rapport over de commandostructuur in China], waaruit rationeel en op het eerste gezicht kan worden afgeleid, dat er bewijs is dat bovengenoemde personen hebben deelgenomen aan de in de rechtszaak beschreven handelingen, gezien de politieke of militaire verantwoordelijkheid in handen van elk van hen tijdens de lange periode waarin genoemde strafbare feiten zijn gepleegd, waardoor het noodzakelijk is om internationale arrestatie bevelen uit te vaardigen tegen de verdachten, en ook om het beroep te bekrachtigen en de betwisting van de dagvaarding in te trekken. (Uittreksel uit Gerechtelijk Bevel nr. ??270/13, vertaald uit het Spaans door Comité de Apoyo al Tibet, het Spaanse Tibet Comité, een van de drie eisers.)
De uitspraak, die verder gaan dan de Spaanse experts hadden verwacht, sturen een krachtig signaal aan de Chinese leiders. De uitspraken komen er op neer dat waarschijnlijk geen van de genoemde leiders, en ook anderen, het risico zullen nemen om buiten de Volksrepubliek China te reizen, aangezien ze gearresteerd kunnen worden voor ondervraging over de misdaden, waarvan ze beschuldigd worden. Alle leiders worden geconfronteerd met de mogelijkheid dat overzeese bankrekeningen preventief wordt bevroren. In het eerdere exploot van 9 oktober, erkenden de rechters dat deze aanklacht tegen Hu Jintao komt op het juridische moment wanneer zijn diplomatieke onschendbaarheid verloopt. (ICT verslag, China’s voormalige leider Hu Jintao aangeklaagd voor het beleid in Tibet door Spaanse hof).
Een tweede op 18 november 2013 in Madrid uitgevaardigde dagvaarding verwees naar door het Spaanse juridische team overlegde rapporten over Hu Jintao’s verantwoordelijkheid voor het beleid in Tibet. Het document verklaarde: [Hu Jintao’s] veronderstelde deelname wordt ondersteund door rapporten en besluiten, die onderdeel van de deskundige bevindingen vormen en beschrijven op welke wijze beslissingen werden genomen met betrekking tot campagnes, die moesten worden uitgevoerd en de bestaande daaraan gerelateerde commandostructuur. Met betrekking tot de verschillende perioden waarin repressie in Tibet werd uitgevoerd, wordt in de rapporten geconcludeerd dat de verantwoordelijkheid en de beslissing voor het Chinese beleid in Tibet bij de president van China lagen, niet alleen nadat hij aan de macht kwam in 2003 tot recentelijk, toen hij zowel binnen de partij als in de regering de hoogste persoon in rang was, maar ook tijdens de eerdere repressie in 1988 en later, omdat hij op dat moment leider van de Partij in Tibet was.
Een in december 2012 door de rechter in Madrid bekrachtigd rapport van International Campaign for Tibet schetste de details van de commandostructuur voor het specifiek beleid in Tibet: van de instelling van de staat van beleg, dat leidde tot marteling en een klimaat van terreur, tot de systematische patriottische heropvoeding, welke Tibetanen dwong hun verbannen leider de Dalai Lama af te zweren. ICT beschreef hoe de bevoegdheden van de Communistische Partij die van de Chinese staat op alle niveaus voorrang hebben, en noemde specifiek Hu Jintao, voorheen de hoogste Partijbaas in Tibet.
De dagvaarding van de rechtbank op 18 november constateert, dat met betrekking tot de stelling dat vervolging afhankelijk zou zijn van de Chinese autoriteiten: Geen enkele rechterlijke uitspraak maakt melding dat de Chinese autoriteiten enigerlei vorm van onderzoek zouden zijn begonnen naar de feiten die het onderwerp van de eerste rechtszaak zijn. Als gevolg hiervan, en in overeenstemming met de bovengenoemde punten, is het aan deze rechter om het ingestelde beroep te bekrachtigen en om de betwiste resolutie in te trekken.” (Exploot nr. ??246/13).
Tijdens de conferentie over universele jurisdictie in Valencia op 28 en 29 november gaf ICT een presentatie over de betekenis van de Tibet rechtszaken en de huidige situatie in Tibet. De organisatoren van de conferentie, Jose Elias Esteve, advocaat en professor aan het Instituut voor de Rechten van de Mens aan de Universiteit van Valencia en Professor Consuelo Ramón Chornet waren teleurgesteld dat Tibetaanse getuige Palden Gyatso, die in ballingschap in India woont, een visum om naar Spanje te reizen werd geweigerd. Een van de door de Spaanse ambassade in India opgegeven redenen was, dat hij vanwege zijn gezondheidstoestand een specifieke reisverzekering nodig had, die in India niet direct beschikbaar was. Echter, Palden Gyatso, werd op de ambassade in Delhi persoonlijk verteld dat ze van niets wisten over zijn aanvraag, ondanks de door de Universiteit van Valencia afgegeven formele uitnodigingen, die eerder waren aangenomen.
Jose Elias Esteve en Alan Cantos met getuigen Tagna Jigme Sangpo, die 37 jaar gevangen zat in Drapchi (Autonome Regio Tibet Gevangenis), in Lhasa, en Palden Gyatso, die 33 jaar in gevangenissen en werkkampen verbleef. (Foto: Angel Lopez-Soto voor CAT)
(Van links naar rechts) Jose Elías Esteve, Alan Cantos (CAT), Thubten Wangchen, Palden Gyatso, Tagna Jigme Sangpo, Tibet’s langstzittende politieke gevangene, en Kalsang Phuntsok, toen president van de Tibetan Youth Congress, bij het indienen van de klacht tegen zeven hoge ambtenaren van de Chinese overheid, 28 juni 2005. (Foto: Ángel López-Soto voor CAT)
Na het horen over de meest recente uitspraken in de rechtszaken, zei de 80 jarige Tibetaanse monnik Palden Gyatso, dat hij nu gelukkig kon sterven. Jose Elías Esteve Moltó, een belangrijke onderzoeks-advocaat en auteur van beide gevallen, en Alan Cantos van Comite de Apoyo Al Tibet (CAT) in Madrid, Spanje’s Tibet Support Comité, die de twee Tibet rechtszaken in gang hebben gezet, zeiden: Met deze uitspraken hebben we onze belofte aan de Tibetaanse slachtoffers en hun families gehouden, dat we niet zouden rusten tot één van de nog in leven zijnde personen, die het meest verantwoordelijk is voor de gewelddadige repressie in Tibet, voor het gerecht was gebracht.”
In een artikel in El Pais op 28 november merkte Professor Javier de Lucas, hoogleraar rechtsfilosofie aan de Universiteit, op, dat in tegenstelling tot de Chinese door het Confucianistische Instituut gerunde tentoonstelling, het Institute of Human Rights geen enkele hulp van de Universiteit van Valencia voor de conferentie over gevallen van universele jurisdictie had ontvangen. Hij schreef: Het blijkt dat deze kritische blik op de Chinese regering en wat velen van ons als genocide in Tibet beschouwen, slecht is getimed. […] Toch, ondanks deze afwezigheden en moeilijkheden, vond de conferentie plaats. Want er zijn veel mensen – meer dan onze voorzichtige en realistische institutionele autoriteiten geloven – die niet willen dat de universiteit ophoudt een plaats van kritische kennis en open debat te zijn of dat dit vervangen wordt door propaganda. Want er zijn veel mensen – onder wie ikzelf – die geloven dat misdaden tegen de menselijkheid (in Tibet of de Centraal-Afrikaanse Republiek of ergens anders) niet verjaren en niet mogen worden vergeten. Want op deze manier zullen de relaties met het unieke Chinese volk worden gebaseerd op beter wederzijds begrip. (Vertaling uit het Spaans ter beschikking gesteld door de Spaanse Tibet Comité CAT).
Een eerder dit jaar afgegeven intern Partijdocument geeft inzicht in de ideologische onderbouwing van het huidige hardhandige optreden in China tegen mensenrechten advocaten, media, wetenschappers en anderen in het maatschappelijk middenveld. In de verklaring, die bekend kwam te staan ??als ‘Document 9’, werden ‘universele waarden’ veroordeeld als een van de zeven politieke ‘gevaren’, waarvoor gewaakt moest worden. De lijst bevatte ook constitutionalisme, het maatschappelijk middenveld, een ‘nihilistische’ kijk op de geschiedenis, en de bevordering van ‘een Westerse visie op de media.’ (Vertaling van het document en analyse op: ChinaFile, Document 9: A ChinaFile Translation).
Professor Javier de Lucas schreef in zijn opinie stuk dat, terwijl wederzijds begrip een noodzakelijke voorwaarde is voor positieve relaties op de weg naar samenwerking en ontwikkeling, een voorwaarde is dat kennis niet vervangen wordt door propaganda, hetgeen echter moeilijk te vermijden is. En dat is misschien een doorn in het oog van het Confucius Instituut en zelfs dat van de universiteit als geheel. Want er zijn andere aspecten van China (zoals er ook van Spanje zijn) en er is een ander China, dat van het regime van de overheid, dat ook moet worden begrepen, zelfs al is het Confucius Instituut er niet erg in geïnteresseerd om dat te doen. De door de Oeigoeren of door religieuze minderheden, zoals Falun Gong, geleden problemen of de situatie in Tibet zijn slechts een paar voorbeelden, problemen, waarvan de Chinese regering uiteraard niet wil dat iemand die bespreekt. De officiële doctrine noemt ze ‘interne aangelegenheden’, een klassieke stelling die botst met het principe van universele jurisdictie van mensenrechten. […]”
Prof. Dr. Manuel Olle Sese, strafpleiter in de Tibet rechtszaken en docent strafrecht aan de Universidad Complutense, Madrid, vertelde ICT in Valencia: Het belang [van deze nieuwe uitspraken] is evident. De geldigheid van het beginsel van universele rechtvaardigheid wordt bevestigd en als gevolg daarvan is de rechtbank het groene licht geven om de misdaden tegen het Tibetaanse volk te onderzoeken en te vervolgen, in overeenstemming met de verplichtingen van het internationale recht. De boodschap is een duidelijke een strijd tegen de ondraaglijke straffeloosheid, wie de daders ook mogen zijn, de vervolging van de ontaarde misdaden van genocide en de verdediging van slachtoffers.
Alan Cantos, directeur van Comité de Apoyo al Tibet, de belangrijkste eisers in de zaken, zei: Deze uitspraken zijn een stap in de goede richting voor het Spaanse rechtssysteem en onze democratie, het kiezen voor de kant van de wet en uitgangspunten in plaats van economische en politieke onderwerping, zoals de neiging lijkt te zijn bij het ??zoeken naar de verantwoording van de machtige staten van de VN-Veiligheidsraad Raad.
Voor een nadere analyse kunt u terecht op het (Engelse) ICT-blog, Eerste reflectie over de aanhoudingsbevelen van het Spaanse Nationale Hof voor de Chinese leiders.