Hardhandig optreden in Tibet onder Xi: de maart herdenkingen en het Tibetaanse nieuwe jaar nu Xi Jinping een jaar aan de macht is
ICT-rapport, 20 maart 2014
. Tijdens de gevoelige periode rond de 10 maart herdenkingsdag van de opstand van 1959 en de protesten van 2008, is de beveiliging opgevoerd door massale militaire inzet in Lhasa en andere Tibetaanse gebieden met oefeningen ter behoud van stabiliteit.
. Apparaten om zelfverbranders te grijpen werden door paramilitaire troepen tentoongesteld ter demonstratie met als bedoeling om te intimideren tijdens deze periode van voor Tibetanen sombere herinneringen aan meer dan 50 jaar van onderdrukking.
. Twee Tibetaanse monniken staken zich op 16 maart in brand, de herdenkingsdag van de moord in 2008 op ongewapende demonstranten in Ngaba.
. De inzet van troepen was bijzonder intimiderend en zichtbaar bij gebedsceremonies in de oostelijke Tibetaanse gebieden in de aanloop naar het Tibetaanse Nieuwjaar (Losar), die dit jaar op 2 maart viel, net een week voor de herdenking van 10 maart.
. Tegelijkertijd zoeken Tibetanen naar wegen om tegen de onderdrukkende maatregelen in te gaan en deden in een nieuwe ontwikkeling oproepen aan lokale leiders tegen de zware inzet van troepen in kloosters en bij religieuze bijeenkomsten, en gaven uiting aan hun verontrusting over de verdwijningen van Tibetanen en de marteling van Tibetanen in hechtenis, waarbij een aantal ouders verzoekschriften hebben ingediend over de verdwijning van hun kinderen.
De ‘hyper-beveiligde’ omgeving in Tibet en de maart jubilea
In het afgelopen jaar dat Xi Jinpings aan de macht is – hij nam de volledige bevoegdheid op zich op 13 maart 2013 – is de repressie tegenover Tibet verergerd, met name in gebieden waar er zelfverbrandingen of onrusten zijn geweest. Beleid en maatregelen, die de Tibetaanse cultuur en religie ondermijnen en in eerste instantie juist de aanleiding waren voor de protesten en onrusten zijn verscherpt, terwijl de ondraaglijke repressie waarnaar een aantal zelfverbranders in hun laatste verklaringen refereert is opgevoerd.
Op 9 maart werd in Lhasa een grootschalige militaire oefening gehouden, de dag voor de belangrijke herdenkingsdag van de opstand en protesten.1 De in staatsmedia gepubliceerde beelden van in formatie staande gewapende paramilitaire politie in bivakmutsen ??en gepantserde voertuigen en de aankondiging dat het ging om een oefening voor behoud van stabiliteit in noodsituaties’, om uitgebreid het bestrijdingsvermogen van de krijgsmacht te testen (lees hier).2
Op 13 maart, de dag voor ‘3 / 14 in 2008, toen de Chinese regering gewelddadig ingreep en de Tibetanen beschuldigde van rellen, voerden ze een tweede militaire oefening uit. De officiële media vertoonde een diavoorstelling van paramilitaire troepen in oproeruitrusting in een show van geweld, met inbegrip van afbeeldingen, waarin een een metalen ring op een paal werd getoond, die blijkbaar wordt gebruikt om mensen, die zich in brand hebben gestoken, te grijpen. De afbeeldingen tonen hoe dit apparaat door de politie wordt getest met brandblussers in de buurt. (Lees hier).
De militaire oefeningen vormen het bewijs van de slagkracht van de deelnemende Openbare Veiligheidsofficieren en troepen, aldus de rapportage van de staatsmedia, en toont het waarborgen van de nationale eenheid, het sterke momentum voor het handhaven van een stabiele samenleving, en hun vaste overtuiging.3
De Lhasa Evening News meldde tevens op 10 maart, dat het sinds 8 maart de 25ste verjaardag was van het instelling van de krijgswet in Lhasa in 1989 – de politie van zeven politiebureaus waren zichtbaar in de straten met het uitdelen van folders over vrouwen en de wetten ter bescherming van kinderen (Lhasa Evening News, 10 maart 2014). De intimiderende aanwezigheid van de politie was waarschijnlijk bedoeld als boodschap aan de lokale bevolking.
Beveiliging werd ook geïntensiveerd in specifieke gebieden waarop de de autoriteiten zich lijken te richten, waaronder Chabcha (Chinees: Gonghe) en Trika (Guide) gemeentes in Tsolho (Hainan) en Bayan Khar (Hualong) provincie in de prefectuur Tsoshar (Haidong), allen in Qinghai, aldus een rapport van Radio Free Asia (12 maart 2014). Verhoogde inzet van troepen werd ook gemeld in de gemeente Sangchu (Chinees: Xiahe) in Kanlho (Gannan), de provincie Gansu (RFA verslag).4
De Tibetaanse schrijver en blogger Tsering Woeser merkte op dat de ambtenaren van de Tibetaanse Autonome Regio, die vauit Beijing spreken, Lhasa beschrijven als de gelukkigste stad in China, en stelde: Waarom was het nodig dat de directeur van het hoofdkwartier van het behoud van stabiliteit verklaarde: ‘Deze stabiliteit onderhoud reactie simulatie-oefening is onze nieuwe uitgangspunt. We moeten alle belangrijke gevoelige plekjes nauwgezet in de gaten houden… dit is het meest belangrijk om op zich zelf staande extreme gebeurtenissen zoals zelfverbrandingen, gewelddadige terroristische aanslagen, illegale bijeenkomsten […] te voorkomen … Sla hard terug zodra vijanden naar voren durven te springen en oproepen tot geweld. (Geplaatst op Facebook en als een blog, 11 maart 2014).
Woeser verwees naar een onderzoek uit 2012 waarin de stad wordt gekarakteriseerd als aan de top van de ‘Geluks Index van China’s steden en waar nog steeds naar wordt verwezen door TAR leiders.5 Tijdens de jaarlijkse zittingen van het Nationale Volkscongres en de Politieke Consultatieve Conferentie van het Chinese Volk in Beijing vorige week, dekte de Tibetaanse voorzitter Pema Thinley (Chinees: Padma Choling) het bewijs over de angst van Tibetanen onder de onderdrukking toe, door te ontkennen dat monniken in de Tibetaanse Autonome Regio zichzelf in brand hadden gestoken.6
Terwijl de meeste zelfverbrandingen hebben plaatsgevonden buiten de Autonome Regio Tibet in de Tibetaanse gebieden van Kham en Amdo, die nu opgenomen in Sichuan, Gansu en Qinghai, hebben ten minste zes Tibetanen uit de TAR zichzelf in brand gestoken. Twee Tibetanen uit Amdo hebben zichzelf in mei 2012 in Lhasa in brand gestoken – dezelfde maand dat de stad beschreven werd als aan de top van China’s Geluks Index’.7
In wat is uitgegroeid tot een jaarlijks terugkomende maand lange sluiting voor buitenlandse toeristen in verband met de herdenkingsdagen, zijn reisbureaus rond 25 februari gestopt de verwerking van vergunningsaanvragen voor buitenlandse toeristen naar de Tibetaanse Autonome Regio. De autoriteiten kondigen de sluiting in maart elk jaar van de Tibetaanse Autonome Regio niet formeel aan. Echter, de informatie komt van reisorganisaties, die geïnstrueerd worden om geen vergunningen voor buitenlandse toeristen af te geven.8
Op 16 maart, de verjaardag van de moord op ongewapende demonstranten in Ngaba in 2008, stak een Tibetaanse monnik van in de twintig, genaamd Lobsang Palden, zichzelf in brand in de hoofdstraat van Ngaba, Sichuan (het Tibetaanse gebied Amdo). Lobsang Palden was de tweede Kirti monnik, die zichzelf in brand stak op de herdenkingsdag van de protesten in de stad in 2008, tijdens welke minstens 10 Tibetanen werden doodgeschoten. Op 16 maart 2011, stak Kirti monnik Phuntsog zichzelf in brand en overleed later. Zijn crematie werd de focus van een opmerkelijke uitstorting van verdriet en uitingen van solidariteit in het gebied. De staatsmedia meldden een tweede zelfverbranding op 16 maart, in de gemeente Tsekhog (Zeku) in de Tibetaanse Autonome Prefectuur Malho (Huangnan) in de provincie Qinghai, maar verdere details zijn niet beschikbaar. (Radio Free Asia rapport).
Tibetanen uiten verontrusting zware troepen inzet en verdwijningen
Zelfs ondanks dit milieu hyper-beveiliging9, blijven Tibetanen onder groot persoonlijk risico daden van solidariteit met anderen ondernemen, in een poging hun gemeenschappen en de kernwaarden van de Tibetaanse cultuur en nationale identiteit te beschermen.
In een nieuwe ontwikkeling uitten Tibetanen hun bezorgdheid en verontrusting over de ‘verdwijning’ van veel Tibetanen in een direct beroep op de leidinggevenden, tijdens de jaarlijkse zitting van de regionale Politieke Consultatieve Conferentie van het Chinese Volk in Xining, de provincie Qinghai in januari (2014). Tibetaanse bronnen schatten dat enkele honderden petities van particulieren werden ingediend op de conferentie. Sommigen van hen waren ouders, die incidenten ter sprake brachten, waarbij hun kinderen werden weggehaald, terwijl ze enkele maanden lang niet wisten waar ze werden vastgehouden. Anderen verwezen naar personen, die in hechtenis waren gebroken door marteling. Volgens Tibetaanse bronnen brachten veel van de Tibetaanse indieners het punt naar voren, dat wettelijke maatregelen aanvaardbaar waren, maar dat verdwijningen en marteling de Chinese wet schonden.10
Onder de ingediende beroepsschriften waren enkele, die opriepen tot beëindiging van inzet van troepen in kloosters. De zware beveiliging in Tibetaanse kloosters, vaak onder begeleiding van politieke patriottische heropvoeding campagnes, zijn al enige tijd een grote bron van zorg onder de Tibetanen. Dit werd naar voren gebracht in het kader van de stille besprekingen in het Tibetaanse gebied Tsolho, Qinghai vorig jaar, dat een meer genuanceerde benadering voorstelde van de agressieve campagne tegen de verbannen religieuze leider. Deze campagne wordt direct in verband gebracht wordt met de zelfverbrandingen en is een oorzaak van wijdverspreide verontrusting onder Tibetanen. Sommige hooggeplaatste religieuze figuren suggereerden dat kloosters moet worden toegestaan ??om te opereren zonder al te veel controle en toezicht van buiten, behalve in geval van politiek instabiele kloosters, en dat na geschillen eerst interne bemiddeling moet worden geprobeerd. De besprekingen werden stilgelegd te midden van een decor van aanscherping van onderdrukking in Oost-Tibet na een bezoek van een van China’s topleiders Yu Zhengsheng in juli (2013).11
Er is bewijs dat de autoriteiten in sommige gebieden het provocerende en contra-productieve karakter van de installatie van veiligheidstroepen in kloosters erkennen, en in plaats daarvan monastieke managementteams en aangescherpt controlemechanismen en verplicht patriottisch onderwijs hebben ingesteld.12 Maar zware aanwezigheid van troepen wordt steeds duidelijker bij religieuze festivals, in kleine steden en op het platteland, sinds de zelfverbrandingen in 2009 begonnen.
In de weken voorafgaand aan Losar werden troepen in oproerkleding massaal ingezet bij een van de grote Gelugpa kloosters, Kumbum in Qinghai (het Tibetaanse gebied Amdo), ten zuid-westen van de provinciehoofdstad Xining, voor het Monlam Chenmo (Grote Gebed Festival) op 14 februari. Op een aantal van de afbeeldingen die de buitenwereld bereikten waren pelgrims waren nauwelijks nog zichtbaar door de troepen bij het Kumbum ??gebed festival, dat traditioneel volgt Nieuwjaar in Amdo (samenvallend met Chinees Nieuwjaar). Rijen van witte hekken met beveiligingsdetectors waren zichtbaar in taferelen die meer leken op een gevoelige en zeer gemilitariseerde grenspost of een luchthaven, dan een klooster dat bezocht wordt door veel Chinese Boeddhistische liefhebbers om te bidden en onderricht te ontvangen.
Grote aantallen Tibetanen verzamelden zich om de Monlam ceremonie bij te wonen in Labrang Tashikyil (Chinees: Xiahe) in Gansu en Rebkong (Chinees: Tongren) in Qinghai. Zij verzamelden zich bij de ceremonie in Kirti in Ngaba (Chinees: Aba). De eerste zelfverbranding in Tibet vond plaats in februari 2009 na annulering van de Monlam ceremonie in Kirti. De jonge Kirti monnik Tapey liep het klooster uit en zette zichzelf in brand, nadat hij hoorde dat het hen niet zouden worden toegestaan ??om de ceremonie bij te wonen.13
Tsering Jampa, Executive Director van International Campaign for Tibet, stelt: In de herdenkingsperiode in maart brengen we in herinnering en brengen we hulde aan de moed en de veerkracht van Tibetanen in Tibet, die tegen de verdrukking in zich vreedzaam blijven uiten en kracht putten uit de waarden van de Tibetaanse cultuur en religie om zich te handhaven op zo’n donker moment in hun geschiedenis. Onder Xi Jinping’s leiderschap zijn de Chinese autoriteiten doorgegaan met hun bestrijding van een opstand zonder opstandelingen tegen burgers, die het respecteren van hun recht eisen. Er is dringend behoefte aan een hernieuwde evaluatie van dit gevaarlijke en contraproductieve beleid.
1. ICT-rapport, “een Strijd van Bloed en Vuur’: (Lees hier)
2. In de Chinese politieke taal is stabiliteit een code woord dat verwijst naar de noodzaak om elke vorm van ‘sociale onrust te voorkomen. In de Tibetaanse gebieden in China wordt behoud van stabiliteit daadwerkelijk gehandhaafd op voet van oorlog.
3. Vertaling uit het Chinees (Lees hier). Volledige vertaling van het extract is alsvolgt: Op de ochtend van de 9de, maart hielden onze openbare veiligheidsorganen en strijdkrachten van de autonome regio noodoefeningen voor het behoud van stabiliteit. Deze noodoefeningen voor het behoud van stabiliteit testten het omvangrijke strijdvermogen van zowel onze Publieke Beveiligingsorganen van de autonome regio’s en het Opbare Beveiligingsbevel van de Stabiliteit Onderhoud Krachten in het omgaan met het onverwachte, en ook hun vermogen om opnieuw te mobiliseren door te goed vechten en het winnen van de huidige strijd om stabiliteit behoud. Alle deelnemende Openbare Veiligheidsofficieren en troepen waren vol energie en hadden een hoge moraal. Alle gepantserde voertuigen, bevoorradingsvoertuigen en speciale voertuigen waren goed uitgerust, en gaven een volledig beeld van de macht van de deelnemende Openbare Veiligheidsofficieren en krachten, en het goede imago van het beschaafde leger. Dit toonde het waarborgen van de nationale eenheid, het sterke momentum van het handhaven van een stabiele samenleving, en hun vaste overtuiging.’
4. Chinese toeristen naar Tibet hebben via sociale media steeds hogere niveaus van militarisering in Tibet gedocumenteerd. Een nieuw rapport van ICT presenteert getuigenissen en fotografisch bewijsmateriaal uit eerste hand van Chinese bezoekers in Tibet, die nog steeds aan het licht komen, ondanks staatsinterventie en restricties: https://www.savetibet.nl/nieuws-agenda/nieuwsoverzicht/2014/maart-2014/chinese-bloggers-onthullen-chinas-systemische-militarisering-van-tibet/.
5. Een rapport stelde:”De Gelukkigste steden in China is een evaluatie op basis van de geluksindex van de meeste burgers. […] Er kunnen verschillende resultaten zijn op basis van verschillende media en normen, echter, de steden in China zijn meer gericht op het geluk en veiligheid in plaats van geld, en zo meer een gevoel van verbondheid met alles. (Lees hier).
6. Pema Thinley, voorzitter van het Permanent Comite van het Volkscongres van de Tibetaanse Autonome Regio, ontweek de schuldvraag van TAR autoriteiten, toen hij verslaggevers vertelde: “Onder 1.700 kloosters en 46.000 monniken in de autonome regio, is er geen enkele monnik of lokale ingezetene die zichzelf in brand heeft gestoeken, aangezien dergelijke gebeurtenissen worden geensceneerd door de de Dalai Lama-kliek. (Global Times).
7. Lees hier.
8. De reisorganisatie Explore Tibet poste op 19 februari: “Momenteel is de Tibet Travel Permit na 20 februari niet van toepassing, en zoals gebruikelijk is de vergunning voor de hele maand maart moeilijk te verkrijgen, dus na maart zullen alle vergunningvoorschriften weer normaal zijn. 28″(Lees hier). Een posting op de Lonely Planet website verklaarde: “We kregen bericht dat alle niet-Chinese toeristen, die reizen of gaan reizen in Tibet, Tibet moeten verlaten voor 25 januari 2014, anders kunt u geen vergunning krijgen in Tibet.” (Lees hier)
9. Term die door Tsering Topgyal wordt gebruikt om het niveau van militarising in Tibet te beschrijven, Universiteit van Birmingham, UK, “Ontwikkeling van de Trans-Unit: Dynamica van Beveiliging, Inzicht in de Tibetaanse zelfverbrandingen, (ongepubliceerde paper)
10. Verdwijningen zijn een duidelijke schending van de procedures voor kennisgeving ingevolge Chinas strafprocesrecht.
11. ICT report .
12. Voor een rapport over de strategieën van de autoriteiten om de patriottische opvoeding op te voeren, zie het ICT-rapport, Storm in de Graslanden: zelfverbrandingen in Tibet en het Chinese beleid, Lees hier.
13. (Lees hier) Beelden van vorig jaar tonen duizenden Tibetanen die zich in de laatste paar dagen voor het Tibetaanse Nieuwjaar (Losar) verzamelen voor belangrijke religieuze ceremonies in het oosten van Tibet, ondanks dat ze gedwongen worden om gegroepeerde rijen van de gewapende troepen tegemoet te treden. De foto’s uit 2013, verspreid over sociale media, tonen grotere aantallen Tibetanen dan gebruikelijk, die in de grote kloosters bijeenkomen om te bidden – Labrang en Kumbum – tijdens de Monlam gebedfestival terwijl de militairen op wacht staan of de pelgrims omringen. (Lees hier).