26 August 2011

Proces uitgesteld van Tibetaanse schrijver Shogdung, hij werd in april gevangengezet vanwege kritiek op Chinees beleid

18 augustus 2010

De Tibetaanse schrijver en redacteur Tragyal, beter bekend onder zijn pseudoniem Shogdung (‘Trompetschelp’), is aangeklaagd wegens het aanzetten tot afscheiding na het schrijven van een boek dat zeer kritisch is over het Chinese beleid in Tibet.

Volgens de laatste berichten is het mogelijk dat de autoriteiten het proces tegen Tragyal uitstellen, hoewel niet duidelijk is of dit betekent dat de autoriteiten bezig zijn bewijs te zoeken voor verdere aanklachten, of dat ze de grondslag voor zijn gerechtelijke vervolging aan het onderzoeken zijn.

Tragyal werd op 23 april dit jaar in zijn huis in Xining gearresteerd na de publicatie van zijn inmiddels verboden boek De lijn tussen hemel en aarde. In dit boek wordt het Chinese beleid in Tibet scherp veroordeeld en worden de gebeurtenissen vanaf maart 2008 besproken. Tragyal beschrijft hoe Tibet sindsdien een ‘plek van verschrikking’ aan het worden is en geeft een gedetailleerde analyse van de protesten tijdens de lente van 2008 die hij ziet als een wederopstanding van het Tibetaanse nationale bewustzijn en saamhorigheidsgevoel. Tragyals arrestatie is een van de belangrijkste gebeurtenissen in de context van de toenemende strafcampagnes tegen Tibetaanse schrijvers, kunstenaars en docenten sinds de protesten tegen de Chinese staat begonnen in maart 2008.

Bronnen van ICT melden dat Tragyal een ‘heldenstatus’ onder Tibetanen heeft bereikt en dat zijn boek ondergronds zeer goed wordt verkocht. Volgens verscheidene bronnen wordt Tragyal vastgehouden in Detentiecentrum Nr. 1 in Xining, maar heeft zijn familie nog geen toestemming gekregen om hem te bezoeken, zelfs niet om hem eten te brengen. Tragyal lijdt aan verschillende chronische aandoeningen zoals nierstenen en maagproblemen, maar de instanties laten afgifte van zijn medicijnen vooralsnog niet toe. De populaire boekhandel ‘1+1’ van zijn familie in Xining werd op 15 april gesloten en alle exemplaren van Tragyals boek werden in beslag genomen.

In een bericht vorige week zei Tragyals dochter Yeshi Tsomo dat het proces leek te zijn uitgesteld. Zij werd door Radio Free Asia als volgt geciteerd: ‘De politie vertelde ons dat zijn zaak nogal bijzonder is omdat het om verschillende etnische identiteiten draait.’ (Radio Free Asia, 11 augustus).

Een westerse geleerde die het boek in het Tibetaans heeft gelezen en die verder niet met naam genoemd wil worden, omschreef het als de meest gedurfde en omvangrijke kritiek op China’s beleid in Tibet sinds 1962, toen de 10e Panchen Lama zijn beroemde, 70.000 tekens lange petitie richtte tot Mao Zedong. ‘Shogdung’ denkt in zijn boek hardop na over het risico dat hij neemt met het schrijven ervan: ‘Ik heb het geschreven uit vier soorten angst: angst bij de gedachte aan de wreedheid van het regime, angst voor het gevaar dat de overheid en individuen tot extreem nationalisme vervallen, angst voor mijn eigen leven en welzijn, en angst voor de toekomst; op dit laatste punt heb ik nog één angst. Uiteraard maakt de gedachte mij doodsbang dat als dit essay eenmaal openbaar gemaakt wordt, ik uiteindelijk de hete en koude hellen op aarde moet doorstaan. Mijn mond kan me de kop kosten, maar ik heb dit pad zelf gekozen dus de verantwoordelijkheid ligt bij mij.’

Tragyals hechtenis is vooral van belang omdat hij een gerenommeerde redacteur en een ‘officiële intellectueel’ is, wiens opvattingen in de ogen van veel Tibetanen dicht bij die van de Partij en de Chinese staat liggen. Dit is het geval sinds hij in 1999 een artikel schreef waarin hij het boeddhisme en de diepgewortelde godsdienstigheid van het Tibetaanse volk hekelde als belemmeringen voor de ontwikkeling van Tibet.

In een brief gedateerd 15 april die in het Chinees aan zijn werkgever is gericht, legt Tragyal uit waarom hij zijn nieuwe boek heeft geschreven: ‘Dit boek weerspiegelt de opvattingen van een intellectueel over de gebeurtenissen van 14 maart 2008. Het eerste deel bevat voornamelijk mijn gevoelens over het drama van 14 maart. Na de tragische gebeurtenissen is er veel schade berokkend aan het leven van de mensen en aan hun goederen, en ik heb uiting gegeven aan het verdriet dat dit mij deed. Kwesties van nationaliteit zijn uiterst serieuze aangelegenheden. Als deze niet op een correcte manier kunnen worden opgelost, bestaat er de kans op geweld en gewelddadige incidenten. Vanuit de grond van mijn hart kan ik zeggen dat dit mij niet alleen veel zorgen baart, maar ook veel angst aanjaagt.’

‘Ik geloof dat het vraagstuk van de Tibetaanse nationaliteit een gecompliceerd en dringend probleem is. Als het niet wordt opgelost in overeenstemming met de gedachten van het volk, zijn de gevolgen wellicht niet goed te overzien. Daarom, op basis van Artikel 35 van de [Chinese] grondwet die stelt dat de samenleving het recht van vrijheid van meningsuiting en het recht om te publiceren geniet, heb ik deze rechten in de praktijk ten uitvoer gebracht en heb ik mijn ideeën geuit. Mijn hoop is dat het vraagstuk Tibet op de beste manier kan worden opgelost vanuit de kernprincipes van een goed hart, tolerantie, vrijheid, gelijkheid, mensenrechten en menselijke waarden.’

In De lijn tussen hemel en aarde (in het Tibetaans: ‘Gnam sa go byed’) verontschuldigt Tragyal zich voor zijn eerdere geschriften en voor het feit dat hij zich niet uitgesproken heeft in de maanden na de protesten die vanaf maart 2008 in heel Tibet oplaaiden. In zijn woorden: ‘Toen ik alle tijd en ruimte had om dat te doen, heb ik met de nodige bravoure verklaard dat ‘Vrijheid honderd, duizend keer waardevoller is dan mijn eigen leven en dat ik ervoor zal vechten.’ En toch raakte ik dat bewuste jaar, toen de Tibetanen een vreedzame revolutie op touw zetten ten behoeve van de vrijheid, al mijn energie kwijt, zei en ondernam ik niets, en gedroeg ik me onverschillig. Dit was niet uit onnozelheid, perversiteit of sluwheid, noch was het een uiterlijk vertoon van integriteit of discretie. Het was ten eerste omdat ik niet goed voorbereid was, ten tweede omdat ik bang was voor mezelf, en ten derde omdat ik bezorgd was om wat ik te verliezen had: ik was uiteindelijk bang voor mijn eigen persoonlijke welzijn.’

Tragyal maakt deel uit van een groep intellectuelen die heeft bijgedragen aan de vertaling en publicatie in het Tibetaans van westerse literatuur zoals Rousseaus Bekentenissen, Montaignes Essays, en andere werken. Hij en andere Tibetaanse intellectuelen in zijn omgeving voelen zich vooral verbonden met de boeken van de Tsjechische schrijvers Vaclav Havel en Milan Kundera. Hun werken waren door het communistische regime in Tsjecho-Slowakije verboden, totdat dit regime in 1989 tijdens de Fluwelen revolutie omver werd geworpen.

De westerse geleerde die het boek in het Tibetaans heeft gelezen, legt uit waarom Tragyals boek zo belangrijk is: ‘Hij put uit verschillende historische geschreven bronnen die onlangs zijn verschenen om de oorverdovende stilte van de historiografie van het hedendaagse China aan het licht te brengen. Daarnaast beschrijft hij in het boek wat grote aantallen Tibetanen doorgemaakt hebben in het decennium nadat het Chinese Volksbevrijdingsleger in de jaren 1950 het Tibetaanse grondgebied was binnengedrongen. Hij verwoordt de diepe frustratie die de meeste Tibetanen ervaren en hun gevoel van machteloosheid in een staat die in theorie multinationaal is, maar in realiteit amper aandacht besteedt aan en weinig respect toont voor de culturele waarden van zijn ‘minderheden’.’

Tragyals dochter Yeshi Tsomo (25) werd vorige week door de New York Times als volgt geciteerd: ‘Ik heb het boek meerdere malen gelezen, maar ik kan er geen zaken in ontdekken die de wet overtreden. Ik ben bang dat dit de overheid niets uitmaakt, omdat de denkbeelden achter het boek het regime niet aanstaan.’ (New York Times, 11 augustus).

Share this

Het laatste nieuws

15 May 2019

Voor de Nederlandse regering bestaat Tibet niet meer. China Notitie rept met geen woord over Tibet.

Lees meer
4 May 2019

Tibet Actie Team in actie voor Tashi Wangchuk op Bevrijdingsfestival

Lees meer